Het Verantwoordingsorgaan (VO) over het bestuur in 2023
Het VO adviseert het bestuur gevraagd en ongevraagd. In 2023 heeft het VO voldoende informatie ontvangen van het bestuur. Leden van het VO hebben vergaderingen van het bestuur en de commissies bijgewoond. Ook heeft het VO kennisgenomen van verschillende stukken zoals het verslag van de RVT, het jaarverslag en certificeringsstukken.
Het VO vindt dat het bestuur in 2023 een verantwoord beleid heeft gevoerd en dat zij dit beleid ook adequaat wist uit te voeren. Het risicomanagement was op orde en de genomen besluiten zijn naar de mening van het VO evenwichtig in het kader van de belangenafweging.
‘Het bestuur heeft op verantwoorde wijze kans gezien het toch mogelijk te maken om ook per 1 januari 2024 een indexatie toe te kennen’ |
Positief resultaat
Het VO is zeer tevreden over de positieve resultaat van de jaarcijfers. Het bestuur heeft terecht veel aandacht besteed aan dekkingsgraden en de ontwikkeling van de kostendekkende premie. De premiedekkingsgraad 2023 is ruim positief en bedraagt 114,6% (2022: 79,7%)
Speciale betekenis kent het VO toe aan het indexatiebesluit per 1 januari 2024. Vanwege de gewijzigde inzichten bij het CBS over de stijging van de energielasten is er per oktober 2023 een nieuw prijsindexcijfer vastgesteld. Hierdoor was het niet zonder meer mogelijk om per 1 januari 2024 nog indexatie toe te kennen. Het bestuur heeft op verantwoorde wijze kans gezien het toch mogelijk te maken om ook per 1 januari 2024 een indexatie toe te kennen. Gelet op de hoge inflatie in 2023 en 2024, alsmede op de dekkingsgraad van het fonds, lijkt ons dit een verantwoord besluit, juist met het oog op het scheppen van vertrouwen bij deelnemers in de aanloop naar de invoering van het nieuwe pensioenstelsel.
Nieuw pensioenstelsel (WTP)
Het VO heeft geparticipeerd in waardevolle verdiepingssessies van het bestuur die betrekking hebben op belangrijke onderdelen van de WTP.
In 2023 is slechts in geringe mate voortgang geboekt in de besluitvorming over de te maken keuzes in het kader van de WTP. Dit had naar de indruk van het VO vooral met de traagheid in onderhandelingen van sociale partners te maken. Het bestuur heeft bovendien de externe projectleider die de WTP-kar moest trekken vervangen.
Door de transitiedatum voor Pensioenfonds DHL Nederland één jaar naar achteren te zetten (1 januari 2027) is meer ruimte ontstaan voor besluitvorming en advies. Een belangrijk punt van aandacht is echter dat er ook meer tijd zal liggen tussen de berekeningsdatum voor het invaarbesluit en de realisatiedatum, met als gevolg dat er afwijkingen zullen ontstaan tussen de berekende verdeling van kapitalen en de feitelijke verdeling.
Conclusie
Het VO is overwegend positief over de manier waarop het bestuur het fonds bestuurd heeft.
Lees het hele verslag op pagina 67 in ons jaarverslag. Op pagina 60 staat ook een reactie van het bestuur op het verslag van het VO.
